De hoge energieprijzen houden onze gemoederen flink bezig. De bedrijven komen in de problemen en onder huishoudens wordt energie-armoede een steeds groter probleem. De landelijke en regionale overheid grijpt in met belasting- en prijsmaatregelen.
Wat is eigenlijk de energietransitie?
Om de klimaatdoelen te bereiken en zo de klimaatverandering tegen te gaan, moeten we de uitstoot van CO2 drastisch verminderen. Dit kan door fossiele brandstoffen zoals aardgas en olie te vervangen door hernieuwbare energie (of groene energie), zoals zonne-energie en windenergie. Deze omschakeling wordt de energietransitie genoemd. Op de klimaatconferentie van de Verenigde Naties in Parijs is een is een juridisch bindend internationaal verdrag over klimaatverandering afgesloten. Het werd door 196 landen aangenomen op 12 december 2015 en trad in werking op 4 november 2016.
Het doel dat is afgesproken is om de opwarming van de aarde te beperken tot ruim onder de 2 graden, bij voorkeur tot 1,5 graad Celsius, vergeleken met het pre-industriële niveau. Hiervoor moeten de landen allerlei maatregelen gaan nemen.
Maar zorgen de hoge gasprijzen ervoor dat duurzame energie aantrekkelijker wordt?
Hierover zijn de meningen van de deskundigen verdeeld.
Elektriciteit in Nederland wordt voor 60 procent opgewekt met gas, en warmte met 75 procent. Dus een hoge gasprijs zorgt meteen ook voor hoge elektriciteitsprijzen. Overstappen op een warmtepomp of elektrisch verwarmen zal voorlopig niet lonen, mensen zitten dus klem. Wel is stookhout nu goedkoper dan gas geworden, maar dat zorgt natuurlijk voor meer CO2, fijnstof, en NOx.
Hoge prijzen zorgen simpelweg voor minder draagvlak voor welke energiemaatregel dan ook. Mensen maken zich zorgen over het einde van de wereld maar allereerst over het einde van de maand. De hoge prijs voor energie drukt ons echter wel weer met de neus op de feiten dat we afhankelijk zijn van een fossiel energiesysteem en dat we snel moeten starten met het opwekken van duurzame energie. Dat is op zich een positief effect. Maar tegelijkertijd geeft de overheid nu veel geld uit aan compensatiemaatregelen voor de hoge gasprijs aan burgers en bedrijven, terwijl ze dat ook in duurzaamheid hadden kunnen investeren.
Investeren
In het algemeen is het zo dat als je een hogere prijs voor fossiele energie moet betalen, dat je dan het gedrag van mensen en bedrijven beïnvloedt en dat ze gaan investeren in duurzame energie. Het probleem is nu dat de prijsstijging zo snel gaat. Dat kun je met investeringen in duurzame energie of energiebesparing niet bijbenen.
Het vervelende is dat mensen met een kleine portemonnee, die vaak in slecht geïsoleerde huurhuizen wonen, het meeste benadeeld worden. Die huishoudens kunnen niet zelf investeren in energiebesparing of een warmtepomp. De snelle prijsstijging veroorzaakt een negatief sentiment.
En voor investeringsklimaat is het belangrijk dat energieprijzen enigszins voorspelbaar zijn.
Het tijdperk van de fossiele brandstoffen kan sneller voorbij zijn dan gedacht, schrijft het Internationaal Energie Agentschap (IEA) donderdag in een dik rapport, de World Energy Outlook. Door de oorlog in Oekraïne, de hoge brandstofprijzen en de maatregelen die de Verenigde Staten en de Europese Unie nemen om hernieuwbare energie te stimuleren, piekt het gebruik van olie, aardgas en steenkolen al dit decennium.
Voor steenkolen is het de komende jaren zover, voor aardgas eind jaren twintig van deze eeuw en voor olie halverwege de jaren dertig. Decennialang was het aandeel van fossiele brandstoffen in de wereldwijde energiemix 80 procent. Maar dat daalt naar 75 procent in 2030, zegt het IEA. Een stap in de juiste richting, maar nog niet voldoende om de klimaatdoelen van Parijs te halen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten