In Nederland is er veel ophef rond Zwarte Piet. Maar hoe zit het eigenlijk met deze helper van Sint Nicolaas?
In het begin had Sint Nicolaas helemaal geen helper. In 1850 schreef Jan Schenkman, een onderwijzer, een leesboek over Sint Nicolaas. Daarin introduceerde Jan een knecht. In het boek kwamen er een aantal nieuwigheden rond dit feest bij: een gekleurde knecht voor Sint Nicolaas, de intocht van de Sint en de stoomboot. De knecht heeft in het boekje nog geen naam, en was gekleed als een page. In 1859 werd voor het eerst een artikel gedrukt waarin hij Pieter wordt genoemd. In 1895 is de naam Zwarte Piet al algemeen bekend.
Gaandeweg de 20e eeuw bedacht men dat als één Zwarte Piet leuk is, meerdere Zwarte Pieten leuker zouden zijn. Zo waren bij de eerste officiële intocht van de Sint in Amsterdam in 1934 per toeval zes Zwarte Pieten aanwezig. Zes Surinaamse matrozen van een schip dat toevallig in de haven lag hadden zich aangesloten bij de Sint. Sindsdien wordt Sinterklaas vergezeld door vele Pieten, tegenwoordig vaak met voor ieder een eigen taak. Terwijl de Sint zich statig en gedistingeerd gedraagt, gedragen de Pieten zich als acrobaten en grappenmakers die vaak allelei streken uithalen.
Zo zie je maar. Door allerlei toevalligheden zitten we nu met Zwarte Pieten opgescheept. Thuis gaat de discussie ook al een week over de Pietermannen. De VN bemoeit zich ermee. Als we niet uitkijken gaan allerlei dubieuze mensen met Piet aan de haal. Mij verbaast die ophef eigenlijk wel. En ik zie velen ineens van onze gekleurde medemens Piet houden op een manier die ik tot nu toe nog niet had opgemerkt. Curieus!